zondag 25 september 2016

Een confrontatie op Sicilië


25 sept.

Het is even wachten in Villaputzu, op Sardinië, dat de wind wat afneemt en op de goede windrichting voor de oversteek. Boodschappen doen is bijna een hele dagtaak. Met de bus naar het centrum en daar op zoek naar een supermarkt die ook verse groenten heeft. Dan weer wachten op de bus.
Tijd voor een wandeling is er ook nog en dat is altijd prettig. Je kunt even mooie kiekjes maken. En de benen strekken.

Roelof heeft zelfs nog tijd om de spoel los te boren van de metalen kern, van de defecte stuurautomaat. Daarna nog de windingen tellen en de draad diameter opmeten.
Dan is het eindelijk zover dat we de oversteek maken. Het is best zwaar om de boot op een rechte koers te houden als je met de hand stuurt, vooral als er grote deining is. We weten nu wat we missen. 
Trapani is de plaats waar we aankomen. De volgende dag gaan we via de noord kant langs Sicilië.
Mondello is het eerste anker plek. Wat ons opvalt, ze bouwen hier de huizen dicht bij de waterkant. Beschutte baaien hebben ze hier niet. Je ligt hier eigenlijk op open zee. Als de wind krachtig is moet je echt wel een haven in. Door de deining rol je s'nachts van je ene zij op de andere en je doet geen oog dicht. In Termini Imerese zijn we in een clubhaven aan gespoeld. Voor een zeer geschikte prijs konden we hier verblijven.
Even op de foto klikken en je ziet een schitterende panorama foto. Dit stadje ligt tegen de bergwand aan. De steegjes zijn erg nauw met allemaal treden. Je ziet hier echte James Bond taferelen. De auto's rijden hier gewoon de trappen op en af. Het zijn dan ook alleen maar kleine auto's die hier rijden.
Nu we hier toch zijn willen we de vulkaan eilanden ook van dichtbij zien. De tocht begint met slecht weer. In verhouding met wat we in Spanje gewend waren regent het hier veel. Dit is het bekende weerhuisje met slecht weer komt het mannetje naar buiten en met mooi weer het vrouwtje.
We zien de Stromboli op afstand. Als je goed kijkt, zie je hem donkere rook spuwen. Het is nog een actieve vulkaan die geregeld  kucht.
We gaan op anker bij Vulcano, dat is een slapende vulkaan Maar hij ontgast nog steeds.
Je ziet de dampen, op de top van de vulkaan omhoog gaan. Die geur, nou dat is even wennen, verrotte eieren. Echt niet aangenaam.
De vulkanische oorsprong is duidelijk zichtbaar door het zwarte gesteente. Het zeewater is zeer helder maar ook donker door de zwarte bodem.
Vandaar gaan we door de straat van Messina naar de oostkant van Sicilië. Omdat het een smalle zeestraat is staat er wat stroming. De vaste wal van Italië aan de oostkant en Sicilië aan de westkant. Aan beide kanten staat een reusachtige lichtmast voor navigatie bij nacht.
In Catania gaan we de haven in. Als we wakker worden zien we allemaal politie auto's en busjes rijden op de kade. Na de koffie gaan we kijken wat er aan de hand is. We worden geconfronteerd met een boot vol vluchtelingen. Het zijn er ontzettend veel, de meesten zijn jonge mannen. Die blauwe boot is een boot van artsen zonder grenzen. Die heeft ze opgepikt op zee en is tot de nok toe vol. Daarna gaat ieder van hen voor controle naar een rode kruis post. Op de voorgrond in die andere witte tenten gebeurt de registratie. Daarna krijgen ze een armbandje om en worden in bussen weggebracht. Als je dit van zo dichtbij meemaakt is het heel ingrijpend. Zoveel die geen toekomst meer zien in hun eigen land en dan is dit nog maar een handje vol. Het is te hopen dat ieder van hen met goede bedoelingen naar Europa komen en dat ze goed behandeld worden.
Catania is een grauwe wat verwaarloosde stad. Er staan wel mooi oude kerken maar overal mag wel de hogedrukspuit overheen. Dit is voor ons geen stad om nog eens te bezoeken.